Busonderneming en reisbureau Adrien Thirion :
Een oud bedrijf uit het vroegere Houthem


Jan G.M. Notten

Als Adrien Thirion in 1916 trouwt met Rosalie Geuskens uit Houthem, is hij 38 jaar oud. Thirion is afkomstig van Breda en stamt uit een familie, die veel militairen heeft voortgebracht. Doordat enkele van zijn voorouders in militaire kazernes te Maastricht gelegerd zijn geweest, is hijzelf ook in de hoofdstad van Limburg terechtgekomen en daar heeft hij Rosalie Geuskens leren kennen.(1).
Door erfenis is Rosalie, tezamen met haar zus Elisabeth, in bezit gekomen van een fraai bouwterrein langs de Provinciale Weg, op de plek waar de St. Gerlachstraat afbuigt naar Geulhem. Voordien was het eigendom van hun vader: Paulus Hubertus Geuskens, getrouwd met Hubertina Willems. In die jaren is de St. Gerlachstraat nagenoeg onbebouwd en het gehele stuk bouwgrond op de hoek van de twee straten is eigendom van het echtpaar Geuskens-Willems. Er zijn vier kinderen, onder wie twee dochters: de hierboven genoemde Elisabeth (1877) en Rosalie (1887). De twee vrouwen bouwen er ieder een uit mergelsteen opgetrokken woning. En zo worden de zussen Geuskens buurvrouwen: Elisabeth is getrouwd met Jan (Sjang) Philippens en ze gaan in het hoekhuis wonen; Rosalie en Adrien Thirion ernaast.
(2).

Eerste taxi van Adrien Thirion
Eerste taxi van Adrien Thirion

Een taxi-bedrijf
Adrien Clement Henri Jacques Thirion is van jongs af aan verzot geweest op automobielen. Kort na zijn huwelijk zien de Houthemenaren hem door het dorp rijden, gezeten in een open auto die aan een race-wagen doet denken. De wagen is van Franse makelij, merk Berlier en uitgerust met een riemaandrijving, wat betekent, dat de motor bij het starten door middel van het trekken aan een riem moet worden "aangezwengeld". Maar spoedig wordt duidelijk, dat het meer is dan een sportieve liefhebberij: nog datzelfde jaar - de Eerste Wereldoorlog houdt Europa in de ban - durft Thirion het aan om een taxi-bedrijf te beginnen.
De tijd lijkt niet erg gunstig voor dit soort ondernemingen. De zomer van 1914 met de dramatische moord op de Oostenrijkse troonopvolger Frans-Ferdinand in Serajevo - die de aanleiding werd van eerst een Europese en daarna een Wereldoorlog - moeten Adrien Thirion en Rosalie bewust hebben meegemaakt. En de ineenstorting van het toeristische seizoen in Valkenburg in dat jaar eveneens.

Alhoewel ons land zijn neutraliteit wist te behouden, was de vrijheid beperkt en door de schaarste aan brandstof en levensmiddelen verkeerde Nederland in 1916 in een benarde situatie. Het zwakke Nederlandse leger stond aan de landsgrenzen paraat en had het geluk, dat het niet in actie hoeft te komen. De grenzen met Duitsland en België waren gesloten. Meer dan 100.000 Belgische vluchtelingen verbleven in ons land. In Valkenburg had een aantal een onderdak gevonden in de hotels. De toekomst zag er somber uit.
(3).
Wie gaat in zo een onzekere tijd op vakantie? Wie begint dan een taxi-bedrijf?

Maar wie niet waagt, die niet wint. Adrien Thirion zet zijn plan door en verschijnt met een echte taxi op straat, geschikt voor vijf personen. Het wordt een eenmansbedrijf, want Thirion houdt er geen personeel op na. Zijn ervaring van de afgelopen jaren stelt hem in staat, de taxi niet alleen te besturen, maar ook de onderhoudsbeurten en eventuele reparaties eigenhandig te verrichten. De auto is afkomstig van de "Fabrique National" uit het Belgische Herstal bij Luik. In de wagen kunnen achterin drie personen plaats nemen, op de voorste bank twee; en de chauffeur zit - door een raam gescheiden - vlak achter de motor.

Sachet's BoldootHet lijkt een beetje op "de bok" van de dan nog niet zo lang geleden uit het straatbeeld verdwenen koets met paard. Thirion gaat bewust mee met zijn tijd: een taxibedrijf moet bereikbaar zijn en zijn garage schaart zich in de niet zo heel lange rij van hotels, pensions en andere bedrijven, die beschikken over een telefoonaansluiting. In die tijd hebben telefoonnummers geen tien cijfers en dat van Adrien Thirion en Rosalie Geuskens luidt kort en bondig: nr. 12. Garage Thirion is de enige in Houthem. Vóór het bedrijf staat een benzinepomp langs de weg, waar de automobielen terecht kunnen. "APC", zo staat er op het bord boven de pomp: "American Petrol Company." (4).

Wat niemand verwacht heeft, gebeurt: de zomers van 1917 en 1918 verlopen voor Valkenburg buitengewoon gunstig. Naar het buitenland reizen is uitgesloten en dus kiest de niet onbemiddelde vakantieganger noodgedwongen een plek binnen de grenzen. Valkenburg, "het Nederlandse buitenland", maakt furore. In het jaar 1917 trekt de kasteelruïne in Valkenburg 12.000 bezoekers. De nieuwe rijken, de oorlogswinstmakers komen naar Limburg en maken een tochtje per taxi in plaats van met de vroegere paardenwagen. Na de oorlog, in de jaren 1919-1921 neemt het aantal toeristen dat Houthem en Valkenburg bezoekt, tegen alle verwachtingen in, in snel tempo toe. Adrien Thirion heeft goed gegokt.
(5).

Een sjieke toeristenplaats
Natuurlijk profiteert het jonge bedrijf van de gunstige ligging langs de weg die naar Valkenburg leidt. Hotel van de Weijer, Hotel Sleijpen van de drie gezusters Sleijpen en hotel Het Geuldal liggen vlakbij. Hotel Curfs-Couvreur om de hoek (in de St. Gerlachstraat). Hotel Cuypers-Linssen, sedert 1917 in handen van de echtelieden Paternotte-Cremers, ligt een eindje verder, langs de weg naar Geulhem.
(6).
Weer eens wordt duidelijk, dat Houthem in de jaren vlak na de Eerste Wereldoorlog (al lang) een "sjieke" toeristenplaats mag worden genoemd. Het zijn louter welgestelden, die er hun vakantie doorbrengen en het aantal oud-Indiëgangers is groot. Die versturen hun bagage met Van Gend en Loos naar hun Hotel in Houthem en reizen de volgende dag per trein naar Houthem. En de gefortuneerd vakantieganger huurt aan het einde van zijn vakantie voor één dag de taxi van Adrien Thirion en die brengt hem met koffer en al naar huis. Vermoeiende, maar lucratieve reisjes naar Amsterdam, Den Haag of Hilversum voor Adrien Thirion, die van meet af aan een betrouwbare naam opbouwt en in feite zonder concurrentie zijn gang gaat.

 

Een reisbureau met een touringcar
Vlak na de Eerste Wereldoorlog slaat Thirion nieuwe wegen in. Hij waagt de stap naar een heuse touringcar, want de taxi is te klein geworden voor zijn grootse plannen. Op een tentoonstelling in Brussel koopt hij het chassis van een autobus, merk REO. Daarna laat hij de carrosserie in elkaar zetten door zekere Stijnen, die in Vroenhof woont. Dan gaat Adrien Thirion als eerste in Houthem busreizen organiseren door Zuid-Limburg en naar verdere oorden. Zonder twijfel is de vervaardiging van de nieuwe autobus een forse investering geweest; het tekent het zelfvertrouwen van Thirion, die rekent op de gasten die Houthem in de zomermaanden weet te trekken. Waarbij dient te worden opgemerkt, dat het toeristenseizoen in die jaren eindigt in het laatste weekeinde van de maand augustus. Of liever nog: op de verjaardag van Koningin Wilhelmina: 31 augustus. De weken om geld te verdienen zijn in die dagen aanmerkelijk geringer in aantal dan tegenwoordig.

In de bus was plaats voor 20 personen. Thirion zette er de naam " L'Express de la Route" op en liet regelmatig een stuk drukwerk in de brievenbussen van de Houthemse hotels en pensions vallen, als aankondiging van weer een reis naar het buitenland. De dagtochten voerden de overwegend Nederlandse gasten naar de Ardennen, naar het Ahrdal, naar de Eifel en bovendien organiseerde hij soms een tochtje langs de Rijn. En zo was hij iedere dag in touw, want de toerist die op maandag mee ging naar de Ardennen, reserveerde reeds voor de tocht op vrijdag, die naar de Eifel voerde. Het was geen uitzonderlijkheid, wanneer een gezin tijdens de vakantie in Houthem drie bustochten naar het buitenland meemaakte. In de jaren dertig beletterde Thirion - de man die alles zelf opknapte - zijn "autocar" met de naam "L'Expresse Thirion Houthem", maar dat veranderde niets aan de goede naam die zijn garage inmiddels had verworven. Voor het huis staat een reclamebord. Het bedrijf van Thirion heet een "reisbureau."

Eerste autobus van Adrien Thirion
Eerste autobus

Vermoeiende zomermaanden
Voor Adrien Thirion moeten het zware en vermoeiende zomermaanden zijn geweest: de bus werd iedere avond in de garage achter zijn huis gewassen, Thirion zette verse bloemen in de kleine bloemenvaasjes die boven de stoelen hingen, ledigde de asbakken en controleerde de bus op eventuele mankementen. Waar nog bij kwam, dat de motoren in die jaren - in tegenstelling tot tegenwoordig - na enkele duizenden kilometers toe waren aan een onderhoudsbeurt of, zoals dat toen heette, een smeerbeurt. De draaibare stoelen, die de gasten in staat stelden op een speciale wijze van de panorama's te genieten, eisten een dagelijkse smeerbeurt. In de garage aan de werkbank demonstreerde Adrien Thirion, dat hij niet alleen een ervaren chauffeur was, maar bovendien een bekwaam automonteur. Een monteur die er niet voor terugschrok om van tijd tot tijd de motor te demonteren en te "ontkolen."
Zorgde Adrien Thirion voor een Houthemse primeur, in de regio was hij niet alleen. In 1918 was Aloys Ackermann - afkomstig uit Zwitserland - de eerste die in een vrachtauto, waarop hij een tweetal ijzeren tuinbanken had gemonteerd, de opgetogen gasten vervoerde naar Vaals en terug en een jaar later was hij in bezit van een "autocar", waarmee hij naar Aken reed. In de jaren twintig durfde Ackermann het aan om bustochten naar Italië, Spanje en Portugal te organiseren.
(7).

Tot het jaar 1940 heeft Adrien Thirion zijn bedrijf gerund. Aan het begin van de jaren dertig gaat hij zelfs een lijndienst onderhouden. De bus rijdt dagelijks van Valkenburg via Rothem naar Maastricht en terug. Misschien heeft Thirion dat gedaan in navolging van de befaamde Valkenburger Florent Habets, die in die jaren een dagelijkse busverbinding naar Heerlen en Hoensbroek tot stand bracht. Maar de grote busonderneming LAD neemt de lijndienst na korte tijd van Thirion over.

Routekaartje van de Eifeltocht van Houthem naar Aken, Monschau, Gemünd, Heimbach, Nideggen, Stolberg
Als de Duitse bezetter ten tonele verschijnt, we zijn dan in 1940, nemen die de auto en de bus van de weg. Het betekent dat er een einde komt aan de onderneming van Adrien Thirion en Rosalie Geuskens. En als de oorlogsjaren voorbij zijn, heeft Thirion de leeftijd van 67 jaar bereikt. Het autobusbedrijf wordt na 1945 niet meer voortgezet. Adrien Thirion overlijdt in 1960 op 82-jarige leeftijd. Zijn echtgenote Rosalie Geuskens, sterft in 1968. Ze is dan 81 jaar oud.

Noten
1.    Adrien Clement Henri Jacques Thirion; geboren 15 mei 1878 te Breda; overleden 9 oktober 1960 te Valkenburg-Houthem; gehuwd met Maria Helena Rosalia Geuskens, geboren te Houthem op 26 februari 1887 overleden in Valkenburg-Houthem op 7 maart 1968.
2.    H.J.J. Philippens, Houthems Verleden, Eygelshoven, 1983, 249.
3.    Het is ondoenlijk om hier een uitgebreid overzicht te geven van de situatie in onze regio in die jaren. Hier wordt slechts verwezen naar H.J.H. Schurgers: Waar de brede stroom der Maas, Valkenburg, 1972, 161.
4.    De eerste auto in Houthem dateert overigens uit het jaar 1905 en was eigendom van Jonkheer Van Geen. H.J.J. Philippens, Houthems Verleden, Eygelshoven, 1983, 157.
5.    HHSG, Jaarboek 2001, 88-89
6.    H.J.J. Philippens, Houthems Verleden, Eygelshoven, 1983, 168-173.
7.    HHSG, Jaarboek 2001, 90.
8.    Het merendeel van de in dit verhaal beschreven gebeurtenissen is opgeschreven uit de mond van de heer NicoThirion, zoon van Adrien, en zijn echtgenote, mevrouw Edmée Vijghen, dochter van Albert Vijghen en nicht (oomzegster) van de in Valkenburg legendarische auteur Emiel Habets. Sedert september 1951 woont het echtpaar in het huis, waar de garage annex reisbureau van Thirion was gevestigd.

 
 


Gepubliceerd in 't Sjtegelke, (2002) nr 17, p. 3-8


naar boven

© Heemkundevereniging Houthem-St. Gerlach

Geen menu? Klik hier!