Château
Wie (van de oud-Houthemers) herinnert zich niet
hoe het oude klooster, dat later tot een landgoed werd
omgebouwd, was vervallen en een ruïne dreigde te worden. Dank
zij de tomeloze inzet van een aantal idealisten, de financiële
steun van rijk, provincie en gemeente en vele anderen kwam een
succesvolle restauratie tot stand.
Gerlachuskerk
In 1808 werd de voormalige kloosterkerk van St.
Gerlach ingericht als parochiekerk. Deze in 1725 gereed
gekomen kloosterkerk lag sedert 1786, toen de zusters Houthem
verlaten hadden, leeg. In 1751 werd de voormalige kloosterkerk
beschilderd door de Duitse Johan Adam Schöpf.
I
n 1872 werd met behulp van de bekende
Maastrichtse industrieel Petrus Regout de hele beschildering
van de kerk met olieverf overgeschilderd. Vanaf 1971 zijn deze
laatste schilderingen weer tijdens restauratiewerkzaamheden
verwijderd, waardoor de oorspronkelijke fresco’s weer te zien
zijn. Het altaar met marmeren onderbouw dateert uit de
bouwtijd van de kerk. In het schip neemt de graftombe van St.
Gerlach een centrale plaats in. Het gewijde zand onder de
tombe wordt overeenkomstig een oud gebruik gestrooid in de
stallen van het vee. Verder verdient genoemd te worden: het
Binvignat-orgel uit 1784, waarop regelmatig zeer druk bezochte
orgelconcerten verzorgd worden.
Het kerkhof van
Houthem
Op het kerkhof zijn
verschillende oude grafstenen bewaard gebleven, die een beeld
geven van de vroegere - veelal voorname - bewoners van het
dorp Houthem en de geestelijkheid. Het kerkbestuur beheert de
administratie van de grafrechten, contactpersonen van de
graven en betalingen.
|
|
De nieuwe
Gerlachuskapel
In het klooster waar vroeger de zusters woonden
en dat later werd omgebouwd tot boerderij en koeienstal heerst
nu weer tot de gewijde sfeer van een stiltekapel. Regelmatig
worden er diensten gehouden en menigeen zoekt de stilte van de
kapel op. Op uitnodiging van degenen die nauw betrokken
waren bij de restauratie werd op de achterwand door de
Spaans-Limburgse Irene van Vlijmen uit Weert een schitterende
mozaïek aangebracht.
De beelden-, rozen- en
kruidentuin
Het was een moeilijke opgave voor alle partijen
die verbonden waren aan de herinrichting van de gebouwen en
gronden die door de laatste bewoner van het landgoed, baron
Robert de Selys, in 1979 aan het kerkbestuur werd vermaakt.
Deze opgave is succesvol opgelost. Waar vroeger de koeien
rondliepen of verwilderde tuinen lagen zijn nu prachtige
tuinen aangelegd. Vóór het landgoed – waar vroeger de Pelousse lag
– is nu een mooi wandelpark ontstaan, waar vaak
beeldententoonstellingen zijn en dat open staat voor
wandelaars. Achter het hotel (de vroegere boerderij Laeven)
ligt nu een mooie kruidentuin en vlak tegen de Geul ligt een
fraaie rozentuin, waar het op een aantal bankjes heerlijk
rustig zitten is.
Ingendael
In het terrein van Stichting het Limburgs
Landschap kunt u de komende jaren de ontwikkelingen naar een
natuurlijk beekdal op de voet volgen. Door meer ruimte te
geven aan spontane bosvorming, begrazing en een vrij stromende
beek groeien heuvels en dalen aaneen tot een samenhangend
natuurlandschap. Dit project voor natuurontwikkeling in het
Beneden-Geuldal is een initiatief van de Provincie Limburg, in
nauwe samenwerking met de gemeenten Valkenburg aan de Geul en
Meerssen, het Waterschap Roer en Overmaas, het
Zuiveringsschap Limburg en het Ministerie van
LNV.
|
|
Sinds 1996 krijgt de natuur in het
Beneden-Geuldal tussen Valkenburg en Meerssen weer meer
ruimte. Door verschillende grondeigenaren is het gebied voor
natuurontwikkeling beschikbaar gesteld. Stichting het Limburgs
Landschap voert, in samenwerking met de Stichting ARK, het
beheer over Ingendael. Het
natuurgebied Ingendael was het eerste startproject voor
natuurontwikkeling in dit gebied en heeft zich sindsdien
spectaculair ontwikkeld. Aanvankelijk omvatte het gebied slechts 20
hectaren, maar momenteel omvat het gebied, door toevoeging van
de hellingbossen, in totaal 110 hectaren. Uiteindelijk streeft
men naar een oppervlakte van 130
hectaren.
Zie
ook: - Landgoed St. Gerlach (ir. P.A.M.
Mertens) |